Laguna Quilotoa

Na mijn bezoek aan de Galapagos eilanden is het tijd voor iets anders: het kratermeer Quilotoa. Dit meer ligt in het hoogland ten zuiden van Quito, op een hoogte van meer dan 3000 meter. Overdag is het goed uit te houden in het zonnetje, maar 's nachts is het er ijskoud! Twee paar sokken, thermisch ondergoed, twee t-shirts, trui, sjaal en drie (!) dekens zijn niet genoeg om me warm te houden...

Overdag is de uitdaging natuurlijk rond het kratermeer te wandelen. Het is een vijf uur durende wandeling, met een maximaal hoogteverschil van 900 meter! Het blijkt inderdaad een uitdaging te zijn, want het pad is nergens vlak, het gaat maar op en neer. Daarnaast maakt de hoogte ademhalen lastig. Toch loop ik in iets meer dan 4 uur rond het meer en heb ik nog genoeg tijd om mijn volgende bestemming te bereiken, het idyllische Baños.

In onderstaande foto kun je het (uiterst eenvoudige) hotelletje zien waarin ik heb geslapen. Het wordt gerund door vriendelijke indianen, die (helaas) ook cavia's op het menu hebben staan...



Baños

Het stadje Baños ligt tussen groene bergen en is een populaire vakantiebestemming voor Ecuadorianen. In 1999 werd Baños ontruimd, omdat de naastgelegen vulkaan Tungurahua op uitbarsten stond. Dit is echter nooit gebeurt, maar de vulkaan vertoond nog wel een grijze rookpluim. De vulkaan verklaart ook de vele in het stadje aanwezige thermische baden. Ook wij staan op een ochtend om vijf uur op om samen met de locals te baderen. Leuk! Het is grappig om te zien hoe sommige locals hun ochtendbad combineren met ochtendgymnastiek.

Van Baños loopt een weg naar het lager gelegen Puyo, ongeveer 60 kilometer verderop. We huren mountainbikes en racen langs de weg naar beneden. Onderweg komen we talloze watervallen tegen, zoals halverwege de tocht de reusachtige Pailón del Diablo. De meeste mensen stijgen hier af en nemen een bus terug naar Baños. We besluiten echter verder richting Puyo te fietsen. Dat bleek een goede keus, want vlak na de waterval gaat de weg in één stuk naar benenden over een afstand van ongeveer 10 kilometer. Racen dus!! Helaas gaat daarna de weg steil omhoog en blijkt mijn fiets te klein (tja...) te zijn om dat lang te kunnen volhouden. Met brandende bovenbenen stap ik af en besluiten we terug te liften richting Baños. We hebben geluk, we worden opgepikt door een stel jongelui in een pick-up truck. Wel frisjes, met 80 kilometer per uur achterin een pick-up...

Cuenca

Onderweg weg richting Peru brengen we een bezoek aan de koloniale stad Cuenca. Het blijkt een vrij moderne stad te zijn, met mooie koloniale architectuur, maar er is weinig te doen op zondag. Zelfs de kleine winkeltjes waar de bekende Panama hoeden worden gemaakt, zijn gesloten. We maken een lange wandeling door de stad en de volgende dag neem ik een kijkje bij de hoedenmakers. Dezelfde dag reis ik nog af richting Vilcabamba, van waaruit ik van plan ben de weinig bezochte grensovergang van La Bamba over te steken richting Peru.

Vilcabamba - San Ignacio

De grensovergang bij La Bamba (in Peru) wordt door weinig reizigers bezocht. De reis is lang en oncomfortabel, over een zandweg die door de bergen kronkelt. Het vervoer gaat via volle minibusjes, colectivo's (gedeelde taxi's) en ongebouwde vrachtwagentjes. Maar de rit is de moeite waard!! Het uitzicht is prachtig en de weg voert me langs kleine dorpjes. Het is zo stoffig, dat ik aan het eind van de dag een laag stof van me kan afkloppen. Als het donker wordt, komen we aan in het dorpje San Ignacio. In dit dorp ziet men kennelijk weinig buitenlanders, want we worden op straat nagestaard. Na een nacht in een lawaaierig en oncomfortabel hotel doorgebracht te hebben, neem ik de volgende ochtend het zoveelste minibusje richting mijn volgende bestemming, Chachapoyas.



De volgende keer kun je lezen over de indrukwekkende ruines en merkwaardige sarcofagen die ik in de buurt van Chachapayos heb bezocht.

The smallest country in the rugged Andean highlands, Ecuador has an array of vibrant indigenous cultures, well-preserved colonial architecture, otherworldly volcanic landscapes and dense rainforest. And all that in a nation no bigger than the US state of Nevada.